De wraak van Max Pam
Menno Oosterhoff bij Pauw
Met groeiende verontwaardiging heb ik de column van Max Pam in de Volkskrant van 14 juni gelezen. De column is een reactie op de verschijning van psychiater Menno Oosterhoff in het televisieprogramma Pauw. Dhr. Oosterhoff was met een aantal van zijn patiënten in het programma om zijn onlangs verschenen boek ‘vals alarm’ te presenteren. Hij stelde zich als psychiater kwetsbaar op en vertelde dat hij al zijn hele leven gekweld wordt door een ernstige dwangstoornis. Hij, zijn vrouw en zijn kinderen hebben hiermee leren omgaan, waardoor Dhr. Oosterhoff ervaringsdeskundige is geworden. Met als gevolg dat hij zijn opgedane levenservaringen heeft vervlochten met zijn kennis van psychopathologie en een gedragstherapie voor zijn patiënten met dwangklachten heeft ontwikkeld. Zijn patiënten hadden deze therapie gevolgd en waren hier enthousiast over. Ze vertelden in het programma hier baat bij te hebben gehad.
Max Pam gelooft hier helemaal niets van. Want het verhaal van de patiënt is nu immers subjectief. En een psychiater zal niet snel een patiënt meenemen die niet goed reageerde op de therapie (selectie). Ook de slagingspercentages van deze gedragstherapie zouden in het boek ontbreken. Uiteindelijk voert dit Max Pam naar de volgende vraag: ‘kun je tegelijkertijd patiënt en psychiater zijn?’ Want ervaringsdeskundigheid is weliswaar goed, maar afstand voor een correcte diagnose net zo goed, toch?
Max Pam denkt zwart-wit
Max Pam valt met deze uitspraken ernstig door de mand. Iedere weldenkende psychiater of psycholoog met kennis van de materie beseft dat het verhaal van de patiënt in de spreekkamer subjectief is. Toch is het dit verhaal (de beleving), al dan niet in combinatie met het verhaal van andere bronnen waar we het als behandelaars vaak in de klinische praktijk mee moeten doen. Bovendien betekent subjectiviteit niet per definitie onbetrouwbaarheid. Dit is een vorm van zwart-wit denken en het doet geen recht aan de complexiteit van de praktijk. En aan slagingspercentages doen we in de praktijk niet. Patiënten worden in de therapie geacht hard te werken, maar ze hoeven na afloop gelukkig geen eindexamenprogramma af te leggen. In psychotherapie spreken we liever in termen van behandeleffecten en klachtvermindering.
Absolute categorieën bestaan niet
Toch stelt Max Pam een actuele en relevante vraag: ‘kun je tegelijkertijd patiënt èn psychiater zijn?’ Wees u ervan bewust dat deze vraag een bepaalde manier van denken weerspiegelt, namelijk het denken in absolute en afgegrensde categorieën. Je bent of patiënt of psychiater, niet allebei tegelijk. Max Pam denkt van wel. Toch kan deze stelling met het volgende voorbeeld gemakkelijk onderuit gehaald worden: een longarts met astma is werkzaam op de afdeling longziekten. De longarts heeft ‘gevoeld’ wat astma betekent en geleerd om hiermee om te gaan. Deze ervaringen, in combinatie met zijn academische kennis, zet de longarts nu in om beter bij de zorgvraag van zijn patiënten met astma aan te sluiten en kwalitatief hoogwaardige zorg te leveren. De analogie met de geestelijke gezondheidszorg is hierbij gemakkelijk te zien.
Ervaringsdeskundigheid als kracht
Daarom zie ik ook geen bezwaren voor ervaringsdeskundigheid in psychiatrische hulpverlening. Sterker nog, ik moedig het alleen maar aan. Immers, de definitie van ervaringsdeskundigheid volgens de richtlijn van de GGZ is: ‘het vermogen om op grond van de eigen herstelervaring voor anderen ruimte te maken voor herstel.’ En dit is precies wat dhr. Oosterhoff in zijn werk als psychiater doet en wat veel beroemde psychiaters nog steeds doen (Aaron Beck) en hebben gedaan. En het bezwaar dat dan de noodzakelijke afstand voor een correcte diagnose ontbreekt duidt op een gebrek aan kennis: iemand die ervaring heeft met een bepaalde stoornis (bijvoorbeeld een dwangstoornis) probeert hier vaak echt alles over te weten te komen. Hieruit voortvloeiend, zou het dan niet veel waarschijnlijker zijn dat deze kennis juist zorgt voor een betere herkenning en diagnose van de dwangklachten? Dit lijkt me logischer wijs het geval.
Max Pam oordeelt er op los
Verder maakt Max Pam in zijn column een aantal klassieke uitglijders. Hij zegt over dhr. Oosterhoff: ‘Hij vertelde over zijn eigen dwangstoornissen, zoals zijn verzamelwoede en zijn neiging tot volledigheid, die op mij nogal huis-tuin-en-keukenachtig overkwamen’. Ai, dit is een waardeoordeel Max. Het zegt meer iets over uw eigen referentiekader dan over de klachten van dhr. Oosterhoff. Waardeoordelen zijn een vorm van levens vervreemdende communicatie en allerminst een taal van mededogen.
Tot slot wil ik jullie deze passage niet onthouden. Ik viel van verbazing bijna van mijn stoel: ‘maar doorgaans verdwijnen de dwangstoornissen van Oosterhoff als bij toverslag zodra hij aan het werk is. Wonderlijk. Worden ze doorgegeven of zelfs geprojecteerd op de patiënt. In het menselijk brein is nu eenmaal alles mogelijk.’ Een creatieve psychoanalytische duiding die in een roman niet zou misstaan, maar in de praktijk volstrekt geen hout snijdt. Kortom, mijn diagnose van de column: Max Pam had in het verleden een negatieve ervaring met een psychiater en nu zag hij de kans schoon om op dhr. Oosterhoff zijn emoties eens de vrije loop te laten. De wraak van Max Pam. Zo simpel kan het zijn.